Pootaardappelen
Pootaardappelen zijn aardappelen waarvan de opbrengst bedoelt is om het volgend jaar als pootgoed van een nieuwe teelt te dienen.
Hiervoor wordt hoogwaardig uitgangsmateriaal gebruikt. In het voorjaar worden de pootaardappelen dichter op elkaar gepoot dan consumptieaardappelen, om zoveel mogelijk (kleine) knollen te oogsten.
In de zomer wordt het gewas geselecteerd waarbij de zieke planten verwijderd worden, dit wordt gecontroleerd door een keurmeester van de keuringsdienst NAK. Het gewas wordt naast de gebruikelijke bespuitingen tegen de schimmelziekte phytophthora (aardappelziekte) tegelijkertijd gespoten tegen luizen, om te voorkomen dat deze virusziekten overbrengen.
In de nazomer wordt het gewas doodgespoten om te voorkomen dat de knollen te dik worden. Twee tot drie weken later kunnen ze gerooid worden, hierbij moet nauwkeurig gewerkt worden om vermenging te voorkomen. Na de oogst worden nog monsters onderzocht op aanwezigheid van virus- en bacterieziekten.
Als alles goed is, wordt de oogst definitief goedgekeurd en mogen ze in de winter gesorteerd worden in verschillende maten. De beschadigde, afwijkende of zieke knollen worden uitgelezen en ze worden, na nogmaals een inspectie door de keurmeester, opgezakt in jutezakken van 25 of 50 kilo. De zakken worden dichtgenaaid en voorzien van een label van de NAK. Daarna worden de zakken op pallets gestapeld, waarna ze afgeleverd kunnen worden naar klanten in binnen- of buitenland. De laatste jaren wordt ook steeds meer pootgoed afgeleverd in grote zakken (bigbags) van 1.250 kilo. Voor binnenlands gebruik wordt ook vaak los geleverd op een vrachtauto.
De meeste pootaardappelen zijn licentierassen en telen wij voor de HZPC in Joure, die voor ons de afzet regelt. HZPC is een coöperatie waarbij circa 600 pootgoedtelers aangesloten zijn. De aardappelen worden geleverd in een pool, waarbij na het afzetseizoen berekend wordt wat er uitbetaald kan worden. Voor HZPC verbouwen wij de volgende rassen: Bildtstar, Fabula, Innovator, Monalisa, Red Scarlett, en Spunta. Het ras Monalisa is in 2012 voor het laatst verbouwd.
Daarnaast telen wij de vrije rassen Borger (Eigenheimer) en Iréne zowel voor pootgoed als voor consumptie. Het pootgoed (28/35 en 35/45) verkopen we aan verschillende handelaren, maar ook wel rechtstreeks aan collega-consumptieaardappeltelers. Een deel wordt gebruikt voor eigen pootgoed. Tevens verkopen wij in het voorjaar pootgoed aan particulieren voor volkstuinen.